Immagine dell'autore.

Jean Ray (1887–1964)

Autore di Malpertuis

316+ opere 1,473 membri 34 recensioni 13 preferito
C'è 1 discussione aperta su questo autore. Vedila ora.

Sull'Autore

Nota di disambiguazione:

(eng) Jean Ray and John Flanders are pseudonyms of the Belgian writer, Raymond Jean De Kremer.  Because there is at least one other author represented on LibraryThing whose real name is John Flanders, do not combine the two pages.

Serie

Opere di Jean Ray

Malpertuis (1943) 371 copie
Whiskey Tales (1965) 71 copie
Ghouls in My Grave (1965) 39 copie
Circles of Dread (2020) 28 copie
My Own Private Spectres (1999) 18 copie
Harry Dickson 1 (1966) 17 copie
Les contes noirs du golf (1964) 13 copie
La Terrible Nuit du zoo, suivi de "Messire" (1999) — Autore — 12 copie
Les étoiles de la mort (1999) 10 copie
Le livre des fantômes (1952) 10 copie
Le Monstre de Borough (1974) 8 copie
Relatos de hombres lobos y otra (1997) — Collaboratore — 8 copie
Harry Dickson 3 (1980) 8 copie
Das Storchenhaus (1989) 8 copie
Harry Dickson 5 (1967) 7 copie
Spoken op de ruwe heide (1978) 7 copie
Le lit du diable (1972) 7 copie
Le Fauteuil 27 (1999) 7 copie
El camino de los dioses (1934) 7 copie
The Mainz Psalter (1997) 6 copie
The Shadowy Street (1972) 6 copie
El canto del vampiro (1934) 5 copie
Over folklore (1984) 5 copie
Han matado a Parkinson (1938) 5 copie
Los espectros verdugos (1933) 4 copie
La Gerbe noire (1984) 4 copie
Les contes du whisky (2019) 4 copie
Griezelen 4 copie
Fabricas De Muerte (1938) 4 copie
Oeuvres choisies (2001) 4 copie
EL JARDIN DE LAS FURIAS (1933) 4 copie
Speurders in actie (1978) 4 copie
Carland, 01: De golem (1991) 4 copie
Harry Dickson 4 (2007) 3 copie
El pulpo negro (1933) 3 copie
L'Île de la terreur (1973) 3 copie
Geierstein (1987) 3 copie
Harry Dickson 2 (1999) 3 copie
Geheimen van het Noorden (1987) 3 copie
De zwarte schaduw (1990) 3 copie
De weerwolf in de sneeuw (1993) 2 copie
LA BRUME VERTE. (1985) 2 copie
La bataille d'Angleterre (1986) 2 copie
VISIONS NOCTURNES. (1984) 2 copie
La neuvaine d'épouvante (1970) 2 copie
Detours from Muleshoe (2005) 2 copie
Harry Dickson 6 (1968) 2 copie
El castigo de los Foyle (1973) 2 copie
La nef des bourreaux (1987) 2 copie
Jack de minuit (1996) 2 copie
L'oasis du rêve (1963) 2 copie
Omnibus (1983) 1 copia
L'OMBRE ROUGE (1992) 1 copia
Het monster van Borough (1984) 1 copia
L'Île noire (2005) 1 copia
Visions infernales (1984) 1 copia
Harry Dickson 1 copia
Harry dickson t. 3 (1967) 1 copia
Le secret des sargasses — Autore — 1 copia
Harry Dickson 12 (1971) 1 copia
Los terroríficos (1973) 1 copia
El sabio invisible (1973) 1 copia
Le Gardien du cimetière (2018) 1 copia
Harry Dickson 1 (1966) 1 copia
Harry dickson. tome 6 (1968) 1 copia
El baile de los horrores (1973) 1 copia
La piedra lunar (1933) 1 copia
EL ASIENTO NÚMERO 27 (1973) 1 copia
El templo de hierro (1973) 1 copia
Pánico sobre Londres (1973) 1 copia
Las aguas infernales (1972) 1 copia
Bizarre verhalen (2023) 1 copia
Bonne soirée 1 copia
2: I racconti del whisky (2013) 1 copia

Opere correlate

The Weird: A Compendium of Strange and Dark Stories (2011) — Collaboratore — 823 copie
Ghosts: A Treasury of Chilling Tales Old & New (1981) — Collaboratore — 334 copie
Witches & Warlocks: Tales of Black Magic, Old & New (1991) — Collaboratore — 284 copie
Don't Open This Book! (1998) — Collaboratore — 203 copie
100 Wild Little Weird Tales (1994) — Collaboratore — 187 copie
Foundations of Fear (1992) — Collaboratore — 98 copie
The Century's Best Horror Fiction: Volume 2 (2011) — Collaboratore — 46 copie
Shadows of Fear (1994) — Collaboratore — 43 copie
De rode schaduw (1989) 6 copie
Bifrost n°87 - Special Jean Ray (2017) — Collaboratore — 5 copie
Das Lächeln am Abgrund. Phantastische Geschichten aus Frankreich. (1982) — Collaboratore, alcune edizioni4 copie
夢見る妖虫たち―妖異繚乱 (1994) — Collaboratore — 1 copia
架空の町 (書物の王国) (1997) — Collaboratore — 1 copia
幻想の坩堝 — Collaboratore — 1 copia

Etichette

Informazioni generali

Nome legale
De Kremer, Raymond Jean-Marie
Altri nomi
Flanders, John
Data di nascita
1887-07-08
Data di morte
1964-09-17
Luogo di sepoltura
Westerbegraafplaats, Ghent, Belgium
Sesso
male
Nazionalità
België
Luogo di nascita
Gent, Oost-Vlaanderen, België
Luogo di morte
Gent, Oost-Vlaanderen, België
Luogo di residenza
Ghent, Belgium (birthplace)
Attività lavorative
writer
Relazioni
Anseele, Edward (oom)
Breve biografia
Overgenomen uit:

Bernauw, Patrick, (1995) De Mythe van de Rechtvaardige Rechters

Raymond Jean-Marie De Kremer werd op 8 juli 1887 geboren te Gent, als de zoon van een spoorbeambte, werkzaam in de Gentse haven, en van een onderwijzeres. Zijn moeder was niemand minder dan Marie-Thérèse Anseele, de zuster van de beroemde socialistische voorman Edward Anseele. Het gezin betrok een herenhuis in de Ham, een lange donkere straat in de wijk Sint Jacob. De opvoeding van Raymond en zijn drie jaar oudere zus Elvire werd toevertrouwd aan het bijgelovige dienstmeisje Elodie, die de kwajongen allerlei spannende en fascinerende verhalen vertelde, over de Duivel, om maar iemand te noemen.
De belhamel Raymond wordt de schrik van alle leerkrachten, tot hij in de klas van Michel Thiery terechtkomt - zijn zoon zal later bekendheid verwerven als schrijver onder het pseudoniem Johan Daisne -, waar hij diep getroffen wordt door de zachtmoedigheid en eruditie van deze 'meester'. Via zijn onderwijzers leert de kleine Raymond de bibliotheek van het Willemsfonds kennen en de werken van Karl May en Hendrik Conscience. Na schooltijd zwerft hij met zijn kameraden door de donkere en sinistere stegen van de Ham, die door hun verbeelding bevolkt worden met heksen en watergeesten. Het speelterrein van de wilde bende strekt zich uit van de Vrijdagmarkt tot de dokken, waar ze naar de namen van aangemeerde schepen raden. Ze luisteren naar de spookverhalen die van mond tot mond gaan, bezoeken het marionettentheater van Tone Antroes of verslinden 'zantjeswale', de vroege voorlopers van de stripverhalen.
In 1901 wordt Raymond door zijn ouders naar de Rijksmiddelbare School in het Waalse Pecq gestuurd, om er zijn kennis van het Frans bij te spijkeren. Heimwee, eenzaamheid en verveling doen hem vluchten in zijn eigen verbeelding. Twee jaar later behaalt hij het getuigschrift voor het derde jaar middelbaar onderwijs en in 1903 volgt hij de lessen aan het Koninklijk Atheneum van de Ottogracht te Gent, waar hij een eerste prijs Nederlands en lichamelijke opvoeding behaalt. Op zeventienjarige leeftijd publiceert hij zijn eerste griezelverhalen in een Vlaams studententijdschrift, maar op aandringen van zijn omgeving geeft hij het studeren aan de Rijksnormaalschool voorrang op het schrijven. Daar zakt hij echter tot twee maal toe, zodat hij weer tijd krijgt om te schrijven. In de almanak van de Gentse vrijzinnige studentenvereniging 't Zal wel gaan publiceert hij gedichten en een verhaal. Als het grote succes uitblijft, besluit hij zijn geluk te beproeven in Parijs, maar ook de lichtstad zal hij ontgoocheld de rug toekeren.
Dan komt Raymond De Kremer in contact met het Gentse theatermilieu, begint hij liedjesteksten te schrijven en leert hij tijdens de première van een revue de Brusselse actrice Nini Balta kennen, alias Virginie Bal. Zij sterkt hem in de overtuiging dat een schrijver in hem woont, maar de familie Anseele - zijn oom Edward zetelt in de Gentse gemeenteraad - dringt hem een baan bij het stadsbestuur op. Telkens Raymond De Kremer een doktersattest aflevert op kantoor, mag je er donder op zeggen dat één van de revues van Jean Ray in première gaat, het pseudoniem van de jonge Gentenaar heeft gekozen.
In 1912 trouwt de vierentwintigjarige auteur met de vier jaar oudere revuester en gaan zij wonen aan de Zondernaamstraat te Gent. Jean Ray krijgt enkele vaste kronieken in een maandblad en wanneer Gent in 1913 internationale belangstelling geniet voor de organisatie van de wereldtentoonstelling en de daarmee gepaard gaande financiële kater, is dat een dankbaar onderwerp voor weer een nieuwe revue. In dat jaar krijgen Raymond en Virginie ook een dochtertje: Lucienne, die Lulu zal genoemd worden.
Bij het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog wordt Raymond opgeroepen als korporaal bij de Burgerwacht en raakt hij gewond. Tijdens de bezetting wordt hij tewerkgesteld in het Expeditiebureau van de stad en bij de Dienst Opeisingen, waar hij logies moet zoeken voor Duitse officieren. Zijn vader sterft na een langdurige ziekte en wegens de oorlogsomstandigheden schrijft hij slechts twee revues, die allebei worden opgevoerd in de Minardschouwburg. Na de Wapenstilstand kent Pinnen af!, waarvoor Henri Van Daele de muziek schrijft, een enorm succes: verscheidene vertoningen in de Minard, meer dan 500 voorstellingen in de belangrijkste Belgische steden.
Het tweetal, soms bijgestaan door Nini Balta, gaat nog een tijdje op hetzelfde élan door, maar dan meent Raymond De Kremer - niet geheel ten onrechte - dat de nog jonge filmkunst het medium van de toekomst is en gaat hij een tweetalig filmtijdschrift uitgeven. Hij zegt zijn baan bij het Gentse stadsbestuur op, gebruikt de advertentieruimte van zijn filmblad om publiciteit te maken voor zijn theaterstukken en publiceert enige verhalen in zijn eigen Ciné en in een paar andere bladen. Na nauwelijks een half jaar wordt het filmtijdschrift echter opgedoekt, omdat de publieke belangstelling ondermaats blijkt.
De bekende Gentenaar Jean Ray gaat nu werken bij de Gentse wisselagent August Van den Bogaerde en wordt ook redacteur van het liberale dagblad Journal de Gand - Echo des Flandres, waarin hij benevens een theaterrubriek en een 'chronique fantaisiste' literatuurrecensies pleegt en zijn eigen verhalen publiceert. Wanneer de krant van de markt wordt gehaald, zal hij ongeveer hetzelfde doen in het tweemaandelijks tijdschrift van dezelfde eigenaar, L'Ami du Livre. In 1925 verschijnt zijn eerste verhalenbundel, Les Contes du Whisky, bij een Brusselse uitgeverij. Het boek wordt dadelijk enthousiast ontvangen.
Op literair en financieel gebied gaat het Raymond De Kremer voor de wind. Hij huurt regelmatig een automobiel met chauffeur, organiseert picknicks voor de familie Anseele en jachtpartijen voor de vrienden, verblijft tijdens de weekends bij voorkeur met zijn gezin aan het Noordzeestrand en haalt uit de stoere verhalen van de vissers die hij daar treft inspiratie voor steeds nieuwe verhalen. Maar drie jaar voor de beruchte crach van Wall Street en het begin van de economische recessie, komt er voor Jean Ray een einde aan het sprookje.
Samen met wisselagent Van den Bogaerde wordt hij aangehouden, op verdenking van misbruik van vertrouwen. Zij zouden grote geldsommen van cliënten achterover hebben gedrukt. Gedurende de hele maand maart van het jaar 1926 gonst het in Gent van de geruchten over de omvang van de fraude en de wijze waarop het geld zou zijn beseed. De kranten maken zelfs gewag van alcoholsmokkel, door Jean Ray georganiseerd, van Europa naar de Verenigde Staten, in het kader van de Drooglegging. Het gezin verhuist naar een kleine woning aan de Albertkaai en om de eindjes aan elkaar te knopen, moet de actrice Nini Balta gaan werken als naaister.
Op 10 januari 1927 komt het proces Van den Bogaerde versus Raymond De Kremer voor de correctionele rechtbank van Gent. Volgens de openbare aanklager is Jean Ray een sluwe zwendelaar die de naam van zijn oom, minister Anseele, heeft misbruikt om het vertrouwen te winnen van goedgelovige, welgestelde burgers, en hun spaarcenten - driekwart miljoen frank - te beleggen in frivole uitstapjes. Op 20 januari 1927 wordt Raymond De Kremer veroordeeld tot een effectieve gevangenisstraf van zes jaar en zes maanden en een boete van 1350 frank; zijn werkgever krijgt een straf van vijf jaar en een boete van 300 frank. De precieze toedracht van de feiten is nooit erg duidelijk geweest, maar één ding staat vast: Jean Ray is een gebroken man.
Zoals weleer in tijden van eenzaamheid, zoekt hij zijn toevlucht in de fantasie en de literatuur. In zijn cel schrijft hij enkele van zijn beste verhalen, die later voor het grootste deel zullen verschijnen in La Revue Belge, onder een ander pseudoniem evenwel, want de naam Jean Ray is voorlopig verbrand. Raymond De Kremer kiest voor John Flanders, naar de heldin Moll Flanders uit de gelijknamige roman van Daniel Defoe. Onder de schuilnaam John Flanders publiceert hij ook in het weekblad Ons Land, dat niet op de hoogte is van de ware identiteit van de auteur.
Op 1 februari 1929 wordt Raymond De Kremer vervroegd vrijgelaten. Zijn losse bijdragen voor beide bladen leveren niet genoeg geld op, zodat hij genoodzaakt wordt contact te zoeken met uitgeverijen die reeksen publiceren. Vanaf 1931 begint John Flanders mee te werken aan de jeugdreeks Vlaamsche Filmkens van de Goede Pers te Averbode; in totaal zal hij in deze serie 'van de paters' 150 verhalen publiceren. Tegelijk begint John Flanders voor een Amsterdamse uitgever de avonturen van Harry Dickson, de Amerikaanse Sherlock Holmes te vertalen in het Frans. Uiteindelijk zal hij de verhalen echter helemaal zelf gaan schrijven, aangezien hij de oorspronkelijke stukken niet zo best vindt. Voor de uitgever is dit in orde, als hij maar rekening houdt met de kaftillustraties van Alfred Raloff. Bij het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog wordt deze reeks na 178 nummers stopgezet.
Eind 1931 durft John Flanders het opnieuw aan onder zijn oorspronkelijke pseudoniem een verhalenbundel te publiceren: La Croisière des Ombres bevat enige van zijn beste verhalen, voor het grootste deel ontstaan tijdens zijn verblijf in de cel. Het nieuwe boek van Jean Ray wordt door de pers en het publiek echter straal genegeerd.
Vanaf 1933 begint Raymond De Kremer opnieuw te werken voor een paar kranten. In het Gentse katholieke dagblad Le Bien Public schrijft hij over het dagelijkse leven in de stad, over zijn jeugdherinneringen en over dramatische gebeurtenissen als de dood van koning Albert I, in februari 1934. In dat jaar kan hij ook aan de slag als reporter voor de regio Gent bij het 'onpartijdige morgenblad in woord en beeld', De Dag. Daarin schrijft hij niet alleen nostalgische artikels neer over het Gent van rond de eeuwwisseling, maar wordt hij de specialist van de sensationele berichtgeving, met onder meer zijn verslagen van enkele opzienbarende moordzaken... en zijn reeks reportages over de roof van de Rechtvaardige Rechters uit de Sint Baafs. John Flanders zal aan De Dag verbonden blijven tot 1943, wanneer het blad in een steeds duidelijker collaborerend vaarwater verzeild geraakt.
In de jaren dertig kent John Flanders successen in het buitenland met de publikatie van verhalen in Amerikaanse tijdschriften als Weird Tales en Terror Tales, maar voor het jeugdige publiek in België is hij stilaan een begrip geworden. Hij begint nu ook verhalen te leveren voor de Franstalige tegenhanger van de Vlaamsche Filmkens en publiceert een eerste avonturenroman voor de jeugd: de klassieker Spoken op de ruwe heide uit 1935. Zijn eerste Franstalige jeugdroman verschijnt het jaar nadien.
In 1936 staat hij aan de wieg van het Vlaamse jeugdtijdschrift Bravo!, dat naast Amerikaanse strips als Felix de kat of Stormer Gordon ook ontelbare bijdragen zal brengen van tientallen schuilnamen, waarachter steeds weer Raymond De Kremer verborgen gaat. Samen met de bekende Vlaamse expressionist Frits Van den Berghe verzorgt John Flanders een stipversie van Edmund Bell, de jonge detective. In die periode krijgt hij ook een aantal zware emotionele klappen te verwerken: de dood van zijn moeder, van zijn vriend Frits Van den Berghe en ten slotte ook van zijn zus Elvire, in 1939. Het enige lichtpunt in die dagen is de hereniging met zijn gezin, waarmee hij na zijn arrestatie nog slechts sporadisch contact heeft gehad.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog maakt John Flanders/Jean Ray deel uit van het Brusselse schrijverscollectief annex uitgeverij Les Auteurs Associés. Hij besluit opnieuw zijn oude pseudoniem te hanteren en publiceert bij het collectief de bundels Le Grand Nocturne, Les Cercles de l'épouvante en Les Derniers contes de Canterbury. Bij dezelfde uitgeverij verschijnt ook de roman La Cité de l'indicible peur en zijn meesterwerk, dat algemeen wordt beschouwd als een hoogtepunt in de internationale fantastische literatuur, de roman Malpertuis (1943). Op dat ogenblik blijft erkenning echter nog uit.
Na de oorlog introduceert Averbode de naam John Flanders in de kindertijdschriften Zonneland en Petits Belges, waarvoor hij korte verhalen, feuilletons en stripscenario's schrijft. Tegelijk publiceert hij bij deze uitgeverij enkele jeugdromans, waaronder de klassieker Geheimen van het noorden uit 1948. In die periode werkt John Flanders ook mee aan de jeugdbladen Kuifje (Tintin), Mickey Magazine, 't Kapoentje, Ons Volkske en Pat. De kranten Het Volk en De Nieuwe Gids zijn eveneens gretige afnemers van zijn verhalen en artikels.
Een eerste stap naar internationale erkenning voor zijn werk, wordt gezet door de Franse cineast Roland Stragliati, die na een mislukte poging om La Cité de l'indicible peur te verfilmen, het werk van Jean Ray onder de aandacht brengt van de Franse tijdschriften Mystère Magazine en Fiction. Op die manier belandt de roman Malpertuis ten slotte bij de Parijse uitgever Denoël, die een herdruk van dit meesterwerk brengt in 1955. Het literaire succes wordt overschaduwd door de dood van zijn echtgenote Virginie Bal, maar daarna staat er voor Jean Ray geen maat meer op de roem in Frankrijk.
Het blad Audace bekroont één van zijn verhalen als het beste van het jaar 1956, interviews op radio en televisie volgen elkaar op, in 1961 verschijnt Les 25 meilleures historires noires et fantastiques van Jean Ray bij de Franse uitgeverij Gérard, die onder meer ook Malpertuis opnieuw op de markt brengt. Met de hulp van Jean Ray krijgt zijn vriend, de toneelauteur Michel de Ghelderode, literair eerherstel. In 1963 wordt aan Jean Ray Le Prix des Bouquinistes toegekend te Parijs en enige tijd later verschijnt bij Robert Laffont het eerste deel van zijn Oeuvres complètes. In eigen land wordt Jean Ray nu ook gevierd door diverse verenigingen en door een opvoering van het Ballert van de Twintigste Eeuw, gebaseerd op een verhaal van Jean Ray, in de Koninklijke Muntschouwburg.
Op dat ogenblik is de auteur echter al ernstig ziek. Hij overlijdt op 17 september 1964 te Gent. Zijn omvangrijke werk onder diverse pseudoniemen wordt na zijn dood door verschillende uitgeverijen gepubliceerd, herdrukt en vertaald in het Spaans, Italiaans, Portugees, Duits en Engels. Striptekenaars creëren hun versie van Harry Dickson en Edmund Bell; filmregisseurs laten zich inspireren door zijn boeken: Jean-Pierre Mocky door La Cité de l'indicible peur en Harry Kümel door Malpertuis (1972)...

---
Nota di disambiguazione
Jean Ray and John Flanders are pseudonyms of the Belgian writer, Raymond Jean De Kremer.  Because there is at least one other author represented on LibraryThing whose real name is John Flanders, do not combine the two pages.

Utenti

Discussioni

THE DEEP ONES: "The Mainz Psalter" by Jean Ray in The Weird Tradition (Giugno 2023)

Recensioni

Un fantastique de la vieille Europe (et même francophone !) Une histoire ni trop claire ni trop obscure, racontée de façon juste assez chaotique. Et efficace. J'avais été impressionné par le film il y a longtemps, le livre ne m'a pas déçu.
 
Segnalato
domp | 8 altre recensioni | Dec 9, 2023 |
E’ stato il sogno o la veglia a mostrarmi la verita’?
(Blavatzsky, p. 99)


… e’ un folle colui che pretende di spiegare il sogno.
(p. 105)

Il confronto tra Jean Ray e Lovecraft non regge il confronto (chiaramente a favore di Lovecraft)...

… nel weird non tutti i mostri vengono per nuocere. Al punto che, quando il weird raggiunge le sue vette migliori, puo’ essere al contempo horror, fantascienza e fantasy. (Ivo Torello citato da Giuseppe Lippi, p. 166)

Costruite tutte le chiese che volete,
disseminate pure le strade di cappelle
e di croci: non impedirete agli dei
dell’antica Tessaglia di riapparire
attraverso i canti dei poeti e i libri
dei sapienti.

(Hawthorne, p. 11)

Devo presentare Malpertuis ed eccomi colto da una strana impotenza.
(p. 36)




… (altro)
 
Segnalato
NewLibrary78 | 8 altre recensioni | Jul 22, 2023 |
Tras una anodina carrera como funcionario policial, Sigma Triggs se disponía a disfrutar de su apacible retiro en Ingersham, pero una serie de extrañas e inexplicables muertes que tiñen de sangre la aldea le obligan a tomar parte para desentrañar el misterio.
 
Segnalato
Natt90 | 1 altra recensione | Feb 14, 2023 |
Decent enough Weird Tales, but the Jew-bashing was frequent enough to be a distraction. You can excuse this by saying the guy was of his time (1925 Belgium) or something, but man, he's worse than Lovecraft!

On the plus side, every story features whiskey.
 
Segnalato
mkfs | 1 altra recensione | Jan 11, 2023 |

Liste

Premi e riconoscimenti

Potrebbero anche piacerti

Autori correlati

Statistiche

Opere
316
Opere correlate
19
Utenti
1,473
Popolarità
#17,440
Voto
3.8
Recensioni
34
ISBN
213
Lingue
8
Preferito da
13

Grafici & Tabelle